Herkrijgen, herbeginnen

Herkrijgen, herbeginnen

Vraag

Zijn de werkwoorden herkrijgen en herbeginnen gangbaar in de standaardtaal?

Antwoord

In de standaardtaal kan een groot aantal werkwoorden met her- van andere werkwoorden worden afgeleid, maar niet alle vormen met her- zijn altijd en overal even gangbaar. Zo is herkrijgen beperkt tot formeel taalgebruik; herbeginnen is standaardtaal in België.

Toelichting

De mogelijkheid om nieuwe werkwoorden te vormen met het voorvoegsel her- (‘opnieuw’) is algemeen, maar de toepassing is niet overal gelijk. Het procedé is vooral productief in zuidelijk taalgebruik (met name in België) en in meer formeel taalgebruik (met name in Nederland). In het eerste geval is het voorvoegsel meestal onbeklemtoond, in formeel taalgebruik juist vaak beklemtoond, behalve bij werkwoorden waarvan de stam uit één lettergreep bestaat.

Voorbeelden van werkwoorden met her- die algemeen gebruikelijk zijn in de standaardtaal, zijn: herbouwen, herdrukken, herformuleren, hergroeperen, herinrichten, herkauwen, herontdekken, heropbouwen, heropenen, herroepen, herwaarderen. Tot deze groep behoren ook herverdelen, herverkavelen, herverkiezen en herverzekeren, evenals herenigen, hernieuwen en heroveren (naast verenigen, vernieuwen en veroveren; her- is hier in de plaats gekomen van ver-).

Sommige algemeen gebruikelijke werkwoorden met her- hebben een specifieke betekenis gekregen, waardoor de band met het grondwoord niet meer of niet meer duidelijk wordt gevoeld. Het voorvoegsel is dan altijd onbeklemtoond. Dat is bijvoorbeeld het geval bij herademen, herdenken, herhalen, herkennen, herleiden, hernemen, hervormen, herzien.

Voorbeelden van met her- afgeleide werkwoorden waarvan het gebruik min of meer beperkt is tot formeel taalgebruik, zijn: herbestemmen, herbezinnen, herdefiniëren, herijken, herindelen, herinstuderen, herkrijgen, heroverwegen, herrijzen, herscheppen.

(1) Na maanden in een afgelegen gebied gevangen gehouden te zijn, herkregen de gegijzelde hulpverleners eindelijk hun vrijheid. (formeel taalgebruik)

Voorbeelden van werkwoorden met her- die gebruikelijk zijn in de standaardtaal in België zijn herbeginnen en herschilderen.

(2) Na een schorsing van vijftien maanden hoopt de renner zijn carrière te kunnen herbeginnen. (standaardtaal in België)

De met her- afgeleide werkwoorden zijn in de standaardtaal altijd onscheidbaar. In veel gevallen hebben deze werkwoorden een onvolledige vervoeging: alleen de infinitief en het deelwoord komen voor. Vergelijk:

(3a) Hij herriep zijn beslissing.

(3b) Hij riep zijn beslissing her. (uitgesloten)

(4a) Hij wil zijn huis herinrichten.

(4b) Hij heeft zijn huis heringericht.

(4c) Hij herinricht zijn huis. (uitgesloten)

In België worden werkwoorden met her- die zijn afgeleid van scheidbaar samengestelde werkwoorden (bijvoorbeeld herindelen, herinrichten, heropleven), soms wel scheidbaar vervoegd:

(5) Piet richtte zijn kamer voor de zoveelste keer herin. (in België, status onduidelijk)

Zie ook

Herbruiken / hergebruiken
Hergeïnterpreteerd / geherinterpreteerd
Herleiden / terugbrengen (tot)
Hernemen
Hervallen
Overnieuw / opnieuw
Revaccineren / hervaccineren
Terug / opnieuw, nogmaals, (al)weer

Naslagwerken

ANS: Het voorvoegsel her-; Morfologisch Handboek (1993), p. 30, 89-94;Taalboek Nederlands (1997), p. 81-82; WNT; Grote Van Dale (2005); Van Dale Hedendaags Nederlands (2006); Verschueren (1996); Koenen (2006); Kramers (2000); Woordenboek correct taalgebruik (1996), p. 124

afleidingen,correctheid en betekenis,werkwoord,grammatica,woordgebruik


tao_adv (C)
377
j
afleiding,correctheid,grammatica,vervoeging,werkwoord,woordgebruik
Woordvorm,Woord of woordcombinatie,Hoofdrubriek,Woordsoort
Hoofdrubriek:grammatica,woordgebruik;Woord of woordcombinatie:correctheid;Woordsoort:werkwoord;Woordvorm:afleiding,vervoeging
01 January 2004
23 August 2013