Schoonbroer, zwager
Antwoord
Ja, beide woorden zijn synoniemen in de standaardtaal, maar schoonbroer wordt hoofdzakelijk in België gebruikt, terwijl zwager vooral in Nederland gangbaar is.
Toelichting
Volgens de woordenboeken hebben schoonbroer en zwager dezelfde betekenissen, namelijk 'de broer van iemands partner' of 'de mannelijke partner van iemands zuster of broer'.
(1) De zwager van de beste vriendin van mijn zus is ook op vakantie in Benidorm.
(2) Gelukkig helpt zijn schoonbroer om het verrassingsfeest voor zijn vrouw op touw te zetten.
Algemeen gangbaar in het hele taalgebied als aanduidingen voor aangetrouwde familieleden zijn: schoonzus, schoonmoeder, schoonvader, schoondochter, schoonzoon en schoonfamilie. Sporadisch komt ook schoonkinderen voor.
(3) Toekomstige schoonbroers zijn meestal minder schrikwekkend dan toekomstige schoonmoeders, maar over het algemeen blijft de eerste ontmoeting met de schoonfamilie toch een spannende gebeurtenis.
(4) Hoewel mijn dochters gescheiden zijn, beschouw ik hun ex-mannen nog steeds als mijn schoonkinderen.
Bijzonderheid
Wanneer de broer van iemands partner bedoeld wordt, komt in Nederland ook weleens het archaïsche behuwdbroeder voor.
Zie ook
Kozijn / neef
Metekind / petekind
Nonkel / oom
Naslagwerken
schoonbroer | zwager | |
Grote Van Dale (2005) | zwager | 1 hetzij de broer van iemands partner, hetzij de mannelijke partner van iemands zuster of broer, syn. schoonbroer |
Van Dale Hedendaags Nederlands (2006) | 1 zwager | 1 broer van echtgenoot resp. echtgenote (…) syn. schoonbroer 2 echtgenoot van een zuster |
Verschueren (1996) |
1. broer van de echtgenoot of echtgenote, behuwdbroeder, zwager 2. man van een zus |
behuwdbroeder d.i. zustersman, mans- of vrouwsbroeder |
Koenen (2006) | zwager, behuwdbroeder | broer vd echtgeno(o)t(e) of echtgenoot vd zus (…); behuwdbroeder; schoonbroer |
Kramers (2000) | vooral ZN zwager, broer van iems. echtgenoot (-genote) of echtgenoot van iems. zuster | schoonbroer |
Woordenboek correct taalgebruik (2004), p. 242 | (minder gebr. naast:) zwager | - |
Stijlboek VRT (2003), p. 210, 279 | [bij schoonbroer / zwager] Beide woorden zijn correct. In België is schoonbroer het gebruikelijkst, in Nederland zwager. | [bij zwager / schoonbroer] Beide woorden zijn correct. In België is schoonbroer het gebruikelijkst, in Nederland zwager. |
Vlaams-Nederlands woordenboek (2003) | zwager | - |