Pijl / peil (geen – op te trekken)
Pijl / peil (geen – op te trekken)
Vraag
Luidt de uitdrukking er is geen pijl op te trekken of er is geen peil op te trekken?
Antwoord
Correct is: er is geen peil op te trekken.
Toelichting
De zegswijze er is (of valt) geen peil op te trekken (‘er is geen staat op te maken’, ‘men weet niet wat men eraan heeft’) komt oorspronkelijk uit de scheepstaal, waar peil de betekenis kan hebben van ‘punt waarnaar men zijn koers bepaalt’. De oorspronkelijke vorm van peil (‘merkteken’) is pegel. De klanken -eg- zijn geworden tot -ei-, net zoals bijvoorbeeld in zei(de) (van zegde) en zeil (van zegel, vgl. Duits Segel).
De combinatie peil trekken is alleen bewaard gebleven in de vaste uitdrukking, waarvan de herkomst niet meer voor iedereen duidelijk is. Vandaar dat men soms twijfelt tussen het correcte peil en pijl (een vroege ontlening aan het Latijn: pilum = ‘werpspies’), dat hier niet op zijn plaats is.
Zie ook
Brei / brij
Gevlei / gevlij (in het – komen)
Leidt / lijdt (het – geen twijfel)
Neervleien / neervlijen
Peiler / pijler
Pubertijd / puberteit
Stampei / stampij
Uitwijden / uitweiden
Wijds / weids
Wijfelen / weifelen
Bronnen
Loey, A. van (1970). Schönfelds Historische grammatica van het Nederlands (8e dr.). Zutphen: Thieme. (p. 77)
Naslagwerken
Stoett (1943); Grote Van Dale (2005); Nederlands etymologisch woordenboek (1997); De Vries en De Tollenaere (1997); WNT; Woordenlijst (2015)
tao_adv (C)
656
j
Woord of woordcombinatie,Hoofdrubriek,Subrubriek,Woordsoort
01 January 2004
21 March 2018