Elkaar (afbreking)

Elkaar (afbreking)

Vraag

Waar wordt het woord elkaar afgebroken? Is het elk-aar of el-kaar?

Antwoord

De correcte afbreking is: el-kaar.

Toelichting

In samenstellingen wordt in de regel afgebroken tussen de delen van de samenstelling. Voorbeelden: hoofd-regel, lach-aanval, volg-nummer, zieken-bed, elk-een.

Ook als de grens van een samenstelling niet samenvalt met de plaats waar we het woord verdelen als we het scanderend uitspreken, breken we in principe af tussen de twee delen van de samenstelling. Voorbeelden: aard-appel (niet aar-dappel), kort-om (niet kor-tom), met-een (niet me-teen).

Historisch gezien zijn ook elkaar en elkander samenstellingen. Volgens het WNT zijn ze ontstaan uit de (oorspronkelijk scheidbare) verbinding elk anderen. Als een vorm historisch gezien een samenstelling is, maar door de meeste taalgebruikers niet meer als zodanig wordt ervaren, wordt er echter afgebroken op de plaats waar we het woord verdelen als we het scanderend uitspreken. Dat is het geval bij el-kaar en el-kander.

Zie ook

Woorden afbreken (Leidraad 18)

Doping (afbreking)
Prognose (afbreking)

Naslagwerken

Grote Van Dale (2005); Technische Handleiding (2009), p. 22-23, 155; Woordenlijst (2015); WNT kol. 4078

voornaamwoord,woordafbreking,grammatica



tao_adv (C)
252
j
afbreekteken,spelling,voornaamwoord,woordafbreking
Hoofdrubriek,Woordsoort,Subrubriek
Hoofdrubriek:spelling;Subrubriek:woordafbreking;Woordsoort:voornaamwoord
01 January 2004
15 November 2015