Denken aan / over
Denken aan / over
Vraag
Wat is het correcte voorzetsel bij denken: aan of over?
Antwoord
Dat hangt af van de betekenis:
– denken aan = ‘(passief) in gedachten hebben’ (of iets dergelijks);
– denken over = ‘(actief) nadenken over’.
Bovendien komen ook nog de volgende voorzetsels voor:
– denken om = ‘bedacht zijn op, rekening houden met’;
– denken van = ‘vinden van’.
Toelichting
Denken kan met vier voorzetsels worden gecombineerd, waardoor telkens een andere betekenis wordt gerealiseerd.
a. Denken
aan
Denken aan betekent algemeen: ‘in gedachten hebben’, ‘plots in zijn gedachten krijgen’. Voorbeelden:
(1) Vergeet morgen niet aan me te denken.
(2) Je doet me denken aan een aap.
b. Denken
over
In combinatie met over betekent denken ‘nadenken over’, ‘een mening hebben’, maar ook ‘(iets) van plan zijn’. Voorbeelden:
(3) Denk er nog eens even over.
(4) Hoe denkt u over zijn voorstel?
(5) Ik denk erover te stoppen.
c. Denken
om
Denken om betekent ‘niet vergeten’, ‘bedacht zijn op, oppassen voor’. Voorbeelden:
(6) Denk je om de kinderen?
(7) Denk om het trapje.
d. Denken
van
Denken betekent in combinatie met van: ‘vinden van’ maar ook ‘verwachten’. Voorbeelden:
(8) Wat denk je van de ontwikkelingen?
(9) Dat had ik niet van hem gedacht.
Bijzonderheid
De uitdrukking Ik denk er niet aan! betekent ‘daar kan geen sprake van zijn’.
Naslagwerken
Grote Van Dale (2005); Van Dale Hedendaags Nederlands (1996); Verschueren (1996); Grote Koenen (1986); Kramers (1996); Taalwijzer (1998), p. 99-100; Prisma Voorzetsels (2005), p. 62
tao_adv (C)
200
j
Woord of woordcombinatie,Subrubriek,Woordsoort,Hoofdrubriek
01 January 2004
20 August 2010