Uitspraak harde / zachte g
Uitspraak harde / zachte g
Vraag
Hoe spreek je de g in dagen en geven uit: hard of zacht?
Antwoord
Het kan allebei. De zogenaamde zachte g is vooral in België en in het zuiden van Nederland gebruikelijk. De zogenaamde harde g is vooral gangbaar in het noorden van het taalgebied.
Toelichting
Er zijn in het Nederlandse taalgebied grote regionale verschillen in de uitspraak van de g. Al die uitspraakvarianten zijn correct Nederlands. Bij de realisatie van de g spelen onder andere het al dan niet trillen van de stembanden en de positie van de g in het woord een rol.
Trilling van de stembanden
In het noordelijk deel van het taalgebied wordt de g over het algemeen ‘hard’ uitgesproken. Dat betekent dat de g altijd zonder trillende stembanden wordt uitgesproken en ook verder naar achteren in de mond wordt gevormd. De g-klank klinkt in het noorden van het taalgebied veelal ‘schrapend’.
In het zuidelijk deel van het taalgebied (België en het zuiden van Nederland) wordt de g over het algemeen ‘zacht’ uitgesproken: de g wordt minder ver in de keel uitgesproken en afhankelijk van de plaats van de klank in het woord (bijvoorbeeld aan het begin van een woord) trillen de stembanden mee.
Als de g met trillende stembanden wordt uitgesproken, wordt hij stemhebbend genoemd. Die klank wordt op deze website weergegeven als [g]. Als er geen trilling van de stembanden is, heet de g stemloos of scherp. Die klank wordt op deze site weergegeven als [ch].
Positie in het woord
De positie van de g in het woord bepaalt mede de uitspraak. De g wordt in het hele taalgebied stemloos uitgesproken:
- aan het einde van een woord, bijvoorbeeld in dag [dach], aardig [aardəch] en berg [berch] – dat is een algemeen verschijnsel in het Nederlands: aan het einde van een woord is de medeklinker stemloos;
- als er een stemloze klank (t, k, f, s, ch, p) op volgt: bergt [bercht], draagt [draacht], daags [daachs], bergkam [berchkam], draagtas [draachtas], zwelgpartij [zwelchpartei].
In het zuiden van het taalgebied wordt de g aan het eind van een woord of voor een stemloze klank wel minder ver in de keel uitgesproken dan in het noorden, waardoor die minder schrapend klinkt.
In het zuiden van het taalgebied wordt de g stemhebbend uitgesproken:
- aan het begin van een woord, zoals bij geven, gniffelen, gloeien, grauw;
- als hij tussen twee andere stemhebbende klanken staat (en aan het begin van een lettergreep staat): bergen, dragen, zwelgen.
Daarnaast wordt de g in het zuiden vaak stemhebbend uitgesproken (de uitspraak varieert) als:
- de g volgt op een stemloze klank (t, k, f, s, ch, p): achteruitgaan [achtəruitgaan/achtəruitchaan], bespreekgeval [bəspreekgəval/bespreekchəval];
- de g aan het eind van een lettergreep staat en er een stemhebbende klank op volgt: weegbree [weegbree/weechbree], dagmenu [dagmənu/dachmənu].
In het noordelijk deel van het taalgebied wordt de g over het algemeen heel ver naar achteren in de keel uitgesproken en is het onderscheid tussen de stemhebbende en de stemloze g verloren gegaan. Bij de noordelijke (schrapende) g trillen de stembanden niet mee ongeacht de positie van de g in het woord. De g in dragen en geven klinkt er hetzelfde als de g in draagt en aardig.
Onderscheid tussen g en ch
De meeste mensen in het zuidelijk deel van het taalgebied spreken de g in dragen en geven dus anders uit dan die in draagt en aardig. Bovendien is er bij hen verschil te horen tussen woorden met ch en met g. De spelling met ch geeft namelijk een stemloze klank weer, de g niet altijd. De eerste klank van chloor klinkt daar dus anders dan die van gloor. En de ch van lachen klinkt anders dan de g van vlaggen. In het noorden van het taalgebied is dat verschil er bij de meeste mensen niet of nauwelijks.
Dat dit onderscheid in het verleden in het hele taalgebied werd gemaakt, blijkt uit de vervoegde vormen van de laatstgenoemde werkwoorden: lachte respectievelijk vlagde. Na de stemloze ch in lachen komt -te, na de stemhebbende g in vlaggen komt -de. Hoewel de g in vlaggen dus tegenwoordig in het noorden veelal op dezelfde stemloze wijze wordt uitgesproken als in lachen, wordt vlaggen niet vervoegd met -te(n).
Zie ook
Weergave van uitspraak (algemeen)
Bronnen
Timmermans, Bernadette (2013). Klink Klaar. Uitspraak- en intonatiegids voor het Nederlands. Davidsfonds Uitgeverij.
Naslagwerken
Uitspraakwoordenboek (2000), p. 25-28; ABN-uitspraakgids (1998), p. XIV; ANS: Woordfonologie, Assimilatie van stem in obstruentclusters, Assimilatie van stem
tao_adv (C)
1897
j
27 April 2020
27 April 2020