Gelijkvloers / begane grond / benedenverdieping
Vraag
Is het gelijkvloers correct?
Antwoord
Ja, het gelijkvloers is standaardtaal in België. Standaardtaal in het hele taalgebied zijn begane grond en benedenverdieping.
Toelichting
Gelijkvloers is standaardtaal in het hele taalgebied als het gebruikt wordt als een bijwoord of een bijvoeglijk naamwoord.
(1) Wij wonen gelijkvloers.
(2) Het bungalowpark beschikt over twee types gelijkvloerse woningen.
In de verkeersterminologie wordt bijvoorbeeld gesproken van gelijkvloerse kruisingen en van een gelijkvloerse overweg.
In de standaardtaal in België komt als aanduiding voor 'de verdieping van een gebouw die zich op straatniveau bevindt' ook het zelfstandig naamwoord gelijkvloers voor.
(3) Onderaan ziet u de plattegrond van het gelijkvloers. [standaardtaal in België]
(4) Op het gelijkvloers en de eerste verdieping zijn zes praalzalen, die gebruikt worden als zittingzalen voor de afdeling administratie. [standaardtaal in België]
Standaardtaal in het hele taalgebied zijn benedenverdieping en begane grond. Ook parterre wordt gebruikt, zij het meer in Nederland dan in België. De omschrijving gelijkvloerse verdieping komt in de praktijk dan weer vrijwel alleen in België voor.
(5) U vindt de universiteitsbibliotheek op de benedenverdieping.
(6) Toen hij wat ouder werd, was hij blij dat zijn slaapkamer op de begane grond was.
(7) Zijn ouders wonen op de gelijkvloerse verdieping van het flatgebouw.
Zie ook
Verdieping (betekenis)
Verdiep / verdieping
Naslagwerken
gelijkvloers | benedenverdieping | |
Grote Van Dale (2005) | (alg.Belg.N.) benedenverdieping | laagste of lagere verdieping van een huis |
Van Dale Hedendaags Nederlands (2006) | 1 (Belg.) benedenverdieping, de begane grond | 1 verdieping van een gebouw op straatniveau, syn. de begane grond, gelijkvloers, parterre |
Verschueren (1996) | II (…) Z.N. benedenverdieping | laagste of lagere verdieping |
Koenen (1999) | - | de lagere of laagste verdieping ve huis |
Kramers (2000) | ZN benedenverdieping; begane grond | laagste verdieping |
Correct Taalgebruik (2006), p. 89 | Gelijkvloers is bijwoord of bijvoeglijk naamwoord, nooit zelfstandig naamwoord. Het woord wordt tegenwoordig meestal in verband met het spoor- en wegverkeer gebruikt. | - |
Woordenboek correct taalgebruik (2004), p. 95 | [wordt afgekeurd] (subst.) begane grond, benedenverdieping, benedenhuis; hij woont op het -, beneden, hij woont -; de lift stopte op het -, op de begane grond. – wel: (adj.): de –e kamers; alles ligt -; een –e kruising | - |
Taalwijzer (1998), p. 134 | kan alleen als adj. of als bijw. worden gebruikt en niet als subst.; syn. zijn: begane grond, benedenverdieping | - |
Stijlboek VRT (2003), p.96 | Gelijkvloers is een bijvoeglijk naamwoord of bijwoord. Niet gebruiken als zelfstandig naamwoord. (…) In het Belgisch Nederlands komt ook voor: Hij woont op de gelijkvloerse verdieping. Gebruik liever een minder omslachtige formulering. | - |
Vlaams-Nederlands woordenboek (2003) | benedenverdieping, gelijkvloerse verdieping, begane grond | - |