Categorie: woordgeslacht
Nuclide (de / het -)
adviezen>woordgebruik>correctheid en betekenisadviezen>grammatica>lidwoordwoordgeslachtzelfstandig naamwoordNuclide (de / het -) Vraag Is het de nuclide of het nuclide? Antwoord Zowel de nuclide als het nuclide is correct. Toelichting Nuclide (‘atoomkern’) kan zowel een de-woord als een het-woord zijn. Er is geen betekenisverschil. …
Die / dat (de maanden – je afwezig was)
adviezen>grammatica>voornaamwoordwoordgeslachtDie / dat (de maanden – je afwezig was) Vraag Wat is correct: Wat heb je gedaan in de maanden die je afwezig was of Wat heb je gedaan in de maanden dat je afwezig was? Antwoord Correct is: Wat …
Haar / ze / hem (de kaars, ik heb – uitgeblazen)
adviezen>grammatica>voornaamwoordwoordgeslachtHaar / ze / hem (de kaars, ik heb – uitgeblazen) Vraag Wat is de juiste voorwerpsvorm van het persoonlijke voornaamwoord om naar het woord kaars te verwijzen? Ik heb ze uitgeblazen, Ik heb haar uitgeblazen of Ik heb hem …
Haar / ze / hem (de kaars, ik heb – uitgeblazen) Lees meer »
Hem / ze / haar (de bibliotheek, hij heeft – geopend)
adviezen>grammatica>voornaamwoordwoordgeslachtHem / ze / haar (de bibliotheek, hij heeft – geopend) Vraag Verwijzen we naar het woord bibliotheek met ze, haar of hem: De burgemeester heeft ze gisteren officieel geopend, De burgemeester heeft haar gisteren officieel geopend of De burgemeester …
Hem / ze / haar (de bibliotheek, hij heeft – geopend) Lees meer »
Woordgeslacht (algemeen)
adviezen>woordgebruik>correctheid en betekenisadviezen>grammatica>lidwoordvoornaamwoordwoordgeslachtWoordgeslacht (algemeen) 1. Inleiding 2. Woordgeslacht 2.1 Zaaknamen 2.2 Diernamen 2.3 Persoonsaanduidingen 1. Inleiding[Top] Zelfstandige naamwoorden hebben een woordgeslacht (ook wel grammaticaal geslacht of genus genoemd). Dat woordgeslacht bepaalt de keuze van het bepaald lidwoord en speelt ook een rol …