Categorie: voornaamwoord
Zijn / haar (de muis heeft – staart bezeerd)
adviezen>grammatica>voornaamwoordwoordgeslachtZijn / haar (de muis heeft – staart bezeerd) Vraag Wat is correct: De muis heeft haar staart bezeerd of De muis heeft zijn staart bezeerd? Antwoord Beide verwijzingen zijn correct. Muis kan zowel een mannelijk als een vrouwelijk woordgeslacht …
Wie / die (de man – me begroette)
adviezen>woordgebruik>correctheid en betekenisadviezen>grammatica>voornaamwoordzinsontledingWie / die (de man – me begroette) Vraag Is de man wie correct in de volgende zin: De man wie me daarnet begroette, is m’n buurman? Antwoord Nee, de man wie is niet correct in deze zin. …
De meeste / meesten van de aanwezige leden
adviezen>grammatica>enkelvoud of meervoudvoornaamwoordDe meeste / meesten van de aanwezige leden Vraag Wat is correct: De meeste van de aanwezige leden waren het eens met het besluit of De meesten van de aanwezige leden waren het eens met het besluit? Antwoord …
Hen / hun (de laatste maanden zijn – de vreselijkste dingen overkomen)
adviezen>woordgebruik>correctheid en betekenisadviezen>grammatica>voornaamwoordHen / hun (de laatste maanden zijn – de vreselijkste dingen overkomen) Vraag Wat is correct: De laatste maanden zijn hen de vreselijkste dingen overkomen of De laatste maanden zijn hun de vreselijkste dingen overkomen? Antwoord Strikt genomen …
Hen / hun (de laatste maanden zijn – de vreselijkste dingen overkomen) Lees meer »
Die / dat (de maanden – je afwezig was)
adviezen>grammatica>voornaamwoordwoordgeslachtDie / dat (de maanden – je afwezig was) Vraag Wat is correct: Wat heb je gedaan in de maanden die je afwezig was of Wat heb je gedaan in de maanden dat je afwezig was? Antwoord Correct is: Wat …