Vraag

Wat is de juiste vorm: ter aller tijde, ten allen tijde, ten alle tijde, te alle tijde, te allen tijde of nog een andere vorm?

Antwoord

De juiste vorm is: te allen tijde.

Toelichting

Ten of ter zijn ontstaan uit een samensmelting van tot of te en een lidwoord (den of der). Dus als je er in de uitdrukking geen lidwoord bij kunt ‘denken’, is het altijd te en nooit ten of ter. Een combinatie als tot de alle tijd is onmogelijk, daarom is de correcte vorm te allen tijde.Wel mogelijk zijn combinaties als tot de voorkoming van of tot het voordeel van. Daar krijgen we wel ter of ten: ter voorkoming van, ten voordele van.

Andere voorbeelden met te:
te berge (rijzen), te berde (brengen), te dien aanzien, te dien einde, te gelde maken, te gelegener tijd, te gepasten tijde, te goeder ure, te goeder trouw, te gronde (richten), te kwader trouw, (hier) te lande, te mijnen bate, te mijner informatie, te mijner verdediging, te mijner verontschuldiging, te moede, te rade (gaan), te velde, te zijner tijd.

In plaats van mijnen, mijner kan ook steeds uwen, uwer, zijnen, zijner enzovoort worden ingevuld.

Andere voorbeelden met ten:
ten aanval, ten aanzien van, ten algemenen nutte, ten anderen male, ten antwoord, ten bate van, ten bedrage van, ten behoeve van, ten believe, ten belope van, ten dans, ten deel (vallen), ten dele, ten dode (opgeschreven), ten eeuwigen dage, ten eigen bate, ten einde raad, ten gevolge van, ten grave, ten gronde, ten gunste van, ten huize van, ten koste van, ten kwade, ten langen leste, ten laste, ten oorlog, ten opzichte van, ten overstaan van, ten overvloede, ten tijde van, ten tonele, ten voeten uit, ten volle, ten volste, ten voordele van, ten zeerste.

Andere voorbeelden met ter:
ter aanwending van, ter aarde, ter andere zijde, ter attentie van, ter been, ter bekostiging van, ter beoordeling, ter beschikking van, ter bezichtiging, ter ene zijde, ter ere van, ter gelegenheid van, ter griffie, ter grootte (breedte enzovoort) van, ter hand, ter harte, ter herinnering, ter helle, ter illustratie, ter inzage, ter ore (komen), ter perse, ter plaatse, ter sprake, ter tafel, ter verdediging, ter vergadering, ter voldoening, ter voorkoming van, ter waarde van, ter wille van, ter zake, ter zee, ter zitting.

Soms zijn ten of ter deel van een woord: teneinde, tenslotte, terdege, ternauwernood, tersluiks, terzijde enzovoort.

Zie ook

Naamvallen (algemeen)
Vaste combinaties met naamvallen (algemeen)

Bij deze / bij dezen
Ingevolge – ten gevolge van
Op de duur / op den duur
Ten deze / te dezen
Teneergeslagen / terneergeslagen
Ter plekke / ter plaatse
Toendertijd / toentertijd
Van goede huize / van goeden huize, te goede trouw / te goeder trouw

Naslagwerken

ANS (1997), p. 188 of online via de E-ANS online via de E-ANS, p. 520 of online online; Grote Van Dale (2005), Woordenlijst (2015); Van Dale Taalhandboek Nederlands (2011), p. 198-200