Taaladvies
Alfabetische lijst
0-9·A·B·C·D·E·F·G·H·I·J·K·L·M·N·O·P·Q·R·S·T·U·V·W·X·Y·Z
Algemene teksten
- Vaste combinaties met naamvallen (algemeen)
- Verbogen / onverbogen bijvoeglijk naamwoord met betekenisverschil (algemeen)
- Verbogen / onverbogen bijvoeglijk naamwoord zonder betekenisverschil (algemeen)
- Vermelding titels en graden hoger en wetenschappelijk onderwijs (Nederland)
- Vervoeging en spelling van Engelse werkwoorden in het Nederlands (algemeen)
- Verwijzingsproblemen met voornaamwoorden van de derde persoon enkelvoud (algemeen)
- Volgorde titels en graden hoger en wetenschappelijk onderwijs (Nederland)
- Volle en gereduceerde vormen van persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden (algemeen)
- Voorzetsels (algemeen)
- Vorming van voltooide tijden met hebben / zijn (algemeen)
Vraag en antwoord
- -vrij
- Vóór / voor
- v.C. / v.Chr.
- Vakantie (op / met -)
- Vakjargon / vaktaal / jargon
- Valuta / valuta’s
- Van alle Galliërs zijn de Belgen de dapperste / de dappersten
- Van goede huize / van goeden huize, te goede trouw / te goeder trouw
- Van kleins af (aan) / van jongs af (aan) / van kindsbeen af / van kinds af (aan)
- Van Kootens en De Bies / Van Kooten en De Bies
- Van nul en generlei / gener waarde
- Van thuis werken / van thuis uit werken / van huis uit werken / vanuit huis werken / thuiswerken
- Van wacht zijn
- Van zodra / zodra
- Vanaf / per 1 augustus
- Vandaag aan de dag / de dag van vandaag / vandaag de dag
- Vandaar / daarvandaan
- Vandalisten / vandalen
- Vanop / vanaf (- een afstand)
- Vantevoren / van te voren / van tevoren
- Vanwaaruit / van waaruit
- Varen: vaarde / voer
- Vast tapijt, kamerbreed tapijt, vaste vloerbedekking
- Veel / vele (- vragen)
- Veel gebruikt / veelgebruikt
- Veelbelovend (trappen van vergelijking)
- Veelgehoord (trappen van vergelijking)
- Veertig, vijftig (uitspraak)
- Vegetarisch / vegetariër (zij is -)
- Ver(re)gaand (trappen van vergelijking)
- Veralgemeniseren / veralgemenen
- Verantwoordelijke
- Verantwoordelijkheid (zijn - opnemen / zijn - nemen / de - op zich nemen)
- Verantwoording / verantwoordelijkheid
- Verbreedde / verbrede weg
- Verdelen / distribueren; bezorgen
- Verderdoen / voortdoen / doorgaan
- Verderzetten / voortzetten
- Verdiep / verdieping
- Verdieping (betekenis)
- Verenigde Naties (VN) heeft / hebben
- Vergaand / verregaand
- Vergeleken bij / met
- Vergeten (ik ben / heb het -)
- Vergevensgezind / vergevingsgezind
- Verhogen van … naar / tot …
- Verhuis / verhuizing
- Verjaren / jarig zijn
- Verkavelingaanvraag / verkavelingsaanvraag
- Verkleden / omkleden
- Verkregen rechten - verworven rechten
- Verlate / verlaten kinderen
- Verlof / vakantie
- Verloren (ik ben / heb het -)
- Vernoemd / genoemd (in een zaak)
- Verongelukken / een ongeluk hebben
- Verplicht - verplichtend
- Verrekken: verrokken / verrekt
- Verscheidene / verschillende
- Vertaler-tolk / tolk-vertaler
- Vertellen tegen / aan
- Vertrouwen dat / erop vertrouwen dat
- Vervaldatum / houdbaarheidsdatum
- Verveeld zitten met iets
- Vervoegen / zich vervoegen bij
- Vervolmakingscursus / bijscholingscursus
- Verwachten (zich – aan)
- Verwijzen naar titel
- Verwittigen
- Verzoeken (De reizigers worden / wordt verzocht)
- Verzoeken (iemand - te (willen) betalen)
- Verzustering / jumelage / stedenband
- Vice algemeen secretaris / vicealgemeensecretaris
- Vier eerste / eerste vier
- Vierbaansweg
- Vierkante haakjes, gebruik van -
- Vijf lichtjaren / vijf lichtjaar
- Vijfdagenweek / vijfdaagse werkweek
- Vijftigplusser / 50 plusser / 50-plusser / 50+'er
- Viseren
- Vlaams Brabant / Vlaams-Brabant
- Vlaamse Rand, Brusselse Rand, de Rand (hoofdletters?)
- Vlakbij / vlak bij de school
- Voetlicht (over / voor het -)
- Voetnoten: nummeren of asterisk
- Voetpad / stoep / trottoir
- Volgende zaterdag
- Volgorde binnen de alinea
- Volgorde komma - aanhalingsteken
- Volgorde punt - aanhalingsteken
- Volgorde uitroepteken, vraagteken - aanhalingsteken
- Volzet
- Voogdij / toezicht
- Voor / tegen (- volgende week)
- Voor / tot / als gevolg hebben
- Voor / tot voor (- tien jaar)
- Voor in (kunstgras - de tuin)
- Voor zij / hen die ...
- Voorafgaandelijk / voorafgaand
- Vooraleer / alvorens / voordat / voor
- Voorbehouden voor / aan
- Voorbijgestreefd / achterhaald
- Vooreerst / in de eerste plaats
- Voorhebben
- Voorleggen / overleggen (een diploma -)
- Voorletter(s) dubbele voornaam
- Voormiddag, namiddag
- Vooropstellen / voorstellen (een datum - )
- Vooropzeg / opzegging
- Voorrang van rechts / rechts heeft voorrang
- Voorrijdkosten / voorrijkosten
- Voorstellen / voordragen (een persoon -)
- Vooruitzichten - ramingen
- Voorwaarden (in / op / onder / tegen deze -)
- Voorwaarden / omstandigheden
- Voorzien
- Voorzover / voor zover
- Vork aan / in de steel (weten hoe de – zit)
- Vorm (onder / in de - van)
- Vraag (de - stelt zich)
- Vraag (in - stellen)
- Vragen / verzoeken
- Vragen dat
- Vroeger of later / vroeg of laat
- Vrolijk(e) Pasen
- Vrouwelijke beroepsnamen
- Vuilbak / vuilnisbak
- Vuilkar / vuilniskar / vuilnisauto / vuilniswagen
- Vwo'er - havoër