Druk zijn met / het druk hebben met
Druk zijn met / het druk hebben met
Vraag
Wat is correct: Druk zijn met je werk of Het druk hebben met je werk?
Antwoord
Het druk hebben met je werk is standaardtaal in het hele taalgebied. De formulering druk zijn met je werk is standaardtaal in Nederland.
Toelichting
De uitdrukking druk zijn met iets in de betekenis ‘ergens veel werk aan hebben’, ‘ergens veel tijd aan kwijt zijn’, ‘ergens zeer door in beslag genomen worden’ is standaardtaal in Nederland.
(1a) Momenteel zijn ze erg druk met school. [standaardtaal in Nederland]
(2a) Alle ongediertebestrijders waren die zomer druk met de eikenprocessierups. [standaardtaal in Nederland]
(3a) Ik durf het haar niet te vragen, want ze is zo druk met die aanvraag. [standaardtaal in Nederland]
(4a) Er moet morgen een rapport liggen, dus het team is druk met schrijven. [standaardtaal in Nederland]
(5a) Europa en de VS zijn zo druk met zichzelf, dat ze nauwelijks doorhebben wat China doet. [standaardtaal in Nederland]
(6a) Veel kinderen zouden een taalachterstand hebben doordat ouders druk zijn met hun telefoon en niet meer met hun kinderen praten. [standaardtaal in Nederland]
Standaardtaal in het hele taalgebied zijn de formuleringen druk bezig zijn (met iets), het druk hebben (met iets), bezig zijn (met iets), bezet zijn, druk aan het … zijn, druk in de weer zijn (met iets), in beslag genomen zijn (door iets).
(1b) Momenteel hebben ze het erg druk met school.
(2b) Alle ongediertebestrijders hadden het die zomer druk met de eikenprocessierups.
(3b) Ik durf het haar niet te vragen, want ze is zo in beslag genomen door die aanvraag.
(4b) Er moet morgen een rapport liggen, dus het team is druk aan het schrijven.
(5b) Europa en de VS zijn zo met zichzelf bezig (de brexit, Trump), dat ze nauwelijks doorhebben wat China doet.
(6b) Veel kinderen zouden een taalachterstand hebben doordat ouders druk in de weer zijn met hun telefoon en niet meer met hun kinderen praten.
Ook komt druk zijn in de standaardtaal in Nederland zonder voorzetsel voor in de betekenis ‘het druk hebben’, ‘veel te doen hebben’. In het hele taalgebied wordt daarvoor het druk hebben gebruikt.
(7a) Die komt vast niet, want die is altijd druk. [standaardtaal in Nederland]
(7b) Die komt vast niet, want die heeft het altijd druk.
Tot slot wordt druk zijn in het hele taalgebied gebruikt in de betekenis ‘actief, onrustig, luidruchtig zijn’.
(8) Het kind was altijd al druk, en nu blijkt het ook ADHD te hebben.
Zie ook
Bezig gaan met / aan de slag gaan met
Bezig zijn / aan de gang zijn
Naslagwerken
Grote Van Dale (2015); Van Dale Hedendaags Nederlands (2006); Prisma Handwoordenboek Nederlands (2014)
tao_adv (C)
1891
j
20 April 2020
13 October 2020