Noch Jan noch Piet hebben / heeft dat gedaan

Noch Jan noch Piet hebben / heeft dat gedaan

Vraag

Wat is correct: (Noch) Jan noch Piet hebben dat gedaan of (Noch) Jan noch Piet heeft dat gedaan?

Antwoord

In zinnen als deze (waarin de delen van het onderwerp allebei enkelvoud zijn) is de enkelvoudsvorm ((Noch) Jan noch Piet heeft dat gedaan) altijd correct. Daarnaast is ook de meervoudsvorm ((Noch) Jan noch Piet hebben dat gedaan) mogelijk.

Toelichting

Het nevenschikkende voegwoord noch wordt op dezelfde manier als en gebruikt om verschillende elementen aaneen te schakelen, maar dan in ontkennende betekenis: beide aaneengeschakelde elementen worden ontkend. Jan noch Piet betekent ‘Jan niet en Piet niet’; Noch Jan noch Piet betekent ‘en Jan niet en Piet niet’. Noch komt vooral in geschreven taal voor.

Een enkelvoudige persoonsvorm is altijd mogelijk bij onderwerpen met noch of noch… noch…, als de nevengeschikte leden enkelvoudig zijn. Een meervoudsvorm is echter meestal ook mogelijk, behalve in die gevallen waarin bij vervanging van noch (of noch… noch…) door en een enkelvoudsvorm verplicht of mogelijk is. Vergelijk:

(1a) Jan en Piet hebben dat gedaan.

(1b) (Noch) Jan noch Piet hebben/heeft dat gedaan.

(2a) Er wordt / worden hier melk en kaas bereid.

(2b) Er wordt hier (noch) melk noch kaas bereid.

(2c) Er worden hier (noch) melk noch kaas bereid. (uitgesloten)

Als beide delen van de nevenschikking meervoudig zijn of als een van beide delen meervoudig is, heeft de persoonsvorm ook de meervoudsvorm. Vergelijk:

(3) (Noch) de winkeliers noch hun klanten zijn daarbij gebaat.

(4a) (Noch) de onderwijzer noch de scholieren hebben veel plezier aan het uitje beleefd.

(4b) (Noch) de scholieren noch de onderwijzer hebben veel plezier aan het uitje beleefd.

Bijzonderheid

Nevenschikkingen met noch en noch… noch… kunnen gemakkelijk worden gesplitst. Als het om enkelvoudige delen gaat, is bij splitsing alleen de enkelvoudsvorm mogelijk; als een van beide delen meervoudig is, hangt het getal van de persoonsvorm af van het eerste deel:

(1c) (Noch) Jan heeft dat gedaan, noch Piet.

(4c) (Noch) de onderwijzer heeft veel plezier aan het uitje beleefd, noch de scholieren.

(4d) (Noch) de scholieren hebben veel plezier aan het uitje beleefd, noch de onderwijzer.

Zie ook

Een of meer deelnemers is / zijn uitgeschakeld
Ik of jullie ga / gaan
Jan alsmede Piet hebben / heeft dat gedaan
Jan of ik heeft / heb / hebben dat gezegd
Jan of Piet hebben / heeft dat gedaan
Niet alleen de leerlingen, maar ook de leraar kijken / kijkt uit naar het weekend
Zowel de politie als de brandweer zijn / is ter plaatse
Zowel de wethouders als de burgemeester is / zijn tegen het voorstel

Naslagwerken

ANS (1997), p. 1484 of online via de E-ANS online via de E-ANS, p. 1505 of online online; Handboek Verzorgd Nederlands (1996), p. 163; Taalboek Nederlands (1997), p. 245; Schrijfwijzer (1995), p. 107; Taalbaak 66.1, 66.3; Prisma Stijlboek (1993), p. 182; Nieuw stijlboek Volkskrant (1997), p. 60-61

correctheid en betekenis,enkelvoud of meervoud,meervoudsvormen,ontkenning,werkwoord,voegwoord,woordgebruik,grammatica,spelling


tao_adv (C)
582
j
correctheid,enkelvoud_of_meervoud,grammatica,meervoud,ontkenning,vervoeging,voegwoord,werkwoord,woordgebruik
Woord of woordcombinatie,Woordgroep of zin,Hoofdrubriek,Woordvorm,Woordsoort
Hoofdrubriek:grammatica,woordgebruik;Woord of woordcombinatie:correctheid;Woordgroep of zin:enkelvoud_of_meervoud,ontkenning;Woordsoort:voegwoord,werkwoord;Woordvorm:meervoud,vervoeging
01 January 2004
09 December 2020